Met hun titels Java Champion en Microsoft Most Valuable Professional behoren Maarten Mulders en Michaël Hompus in hun vakgebied tot de wereldtop. De Info Supporters gaan samen in gesprek over hun expertise en over het plezier waarmee ze op conferenties spreken. ‘Dat je ziet dat je publiek je snapt, dat geeft echt een kick.’

Maarten en Michaël werkten beiden ergens anders voor ze bij Info Support in Veenendaal terechtkwamen. En dat zijn niet de enige overeenkomsten tussen de twee. Beiden hebben ze aan een halve vraag genoeg om de IT-diepte in te duiken. En hoewel ze elkaar vooral uit de Veenendaalse wandelgangen kennen, vullen ze elkaar tijdens het gesprek feilloos aan. Bijvoorbeeld als Michaël vertelt hoe hij terechtkwam bij Info Support. ‘Ik wilde heel graag werken bij een organisatie waar spreken op conferenties gepromoot wordt en waar kennisdeling …’ ‘…toegejuicht wordt!’ vult Maarten aan.

Vakmanschap

Michaël zocht zo’n vier jaar geleden contact met Info Support omdat hij vaak Info Supporters tegenkwam op conferenties. De polo’s-met-logo – hij draagt er vandaag ook een, terwijl hij toch echt vakantie heeft – lieten zien dat Info Support de sprekers ondersteunde. En dat is dan ook precies wat Michaël sindsdien ervaren heeft: naast zijn reguliere werk sprak hij al op tientallen conferenties. Vorige jaar leverde hem dat de titel Microsoft Most Valuable Professional op.

Maarten maakte zo’n tien jaar geleden de overstap naar Info Support. ‘In mijn zoektocht kwam ik een bedrijf tegen dat zich “solid innovator” noemde en vakmanschap echt belangrijk vond. En dat wilde ik ook: mijn vak serieus nemen.’ Maarten rolde wat later in het sprekersvak. ‘Ik had mijn kennis al wel eens tijdens een ISKA (Info Support Kennis Avond) gedeeld met collega’s, maar mijn eerste conferenties waren ergens achteraf in Kroatië en Oostenrijk met klinkende namen als JavaCro en Con_fess. Maar ik vond het gaaf: de sfeer die er hangt, dat je er zoveel kunt leren en dat je er dan ook nog zelf iets mag vertellen… Daarna ben ik bij steeds grotere conferenties papers gaan indienen, want het smaakte naar meer. Het is echt elke keer een adrenalineshot, gevolgd door een dopamineshot als het af is.’

Toegevoegde waarde

Maarten weet nog goed hoe hij een keer ‘oh my!’ uit de zaal hoorde bij zijn verhaal over transport layer security. ‘Ik leg daarin uit hoe het werkt en laat zien aan welke knoppen in het Java-ecosysteem je kunt draaien om het goed te laten werken. Mensen kunnen daar soms maanden aan werken en dan nog steeds niet snappen wat ze aan het doen zijn.’ Michael: ‘Of nog gevaarlijker: ze hebben het op een gegeven moment werkend, snappen niet waarom en hebben dan misschien wel een gapend gat in de security.’ ‘Haha, ja en dan denken: niets meer aan doen’, reageert Maarten. Hij vervolgt: ‘De lastigheid met security is dat het heel diep ingrijpt op wiskunde en dat mensen er heel complexe papers over schrijven. Bij mij viel het kwartje toen ik een boek las over asymmetrische encryptie. En bij die ene man in het publiek viel het kwartje tijdens mijn verhaal. Dat zijn fantastische momenten voor een spreker.’ ‘Dat is inderdaad echt de kick: dat je ziet dat je publiek je uitleg snapt’, zegt Michaël. ‘Toen ik vorige maand in Duitsland sprak, kwam er iemand achter me aan gestormd toen ik naar de roltrap liep. Die wilde me gewoon even vertellen dat hij er veel van had opgestoken en ermee aan de slag zou gaan. Daar doe je het voor!’

Kennis delen

Maarten moest voor zijn eerste presentaties wel even een drempel over. ‘Ik kreeg op de universiteit het vak presenteren en weet nog dat ik dat helemaal niet relaxed vond. Pas later merkte ik dat die spanning er gewoon bij hoort. Dat je daar niet voor moet wegrennen, maar dat die je juist scherp houdt.’ Michaël: ‘Het wordt wel steeds makkelijker. Op een gegeven moment weet je dat de spanning direct wegzakt zodra je begonnen bent.’ Dat herkent Maarten: ‘Dan zit je zo in de flow en maak je wat grapjes.

Ondertussen voel ik soms zelfs de vrijheid om van m’n plan af te wijken. Dan doe ik een demo op een totaal andere manier dan gepland. Misschien gaat het fout, maar ja, dat is dan zo.’ ‘Dat moet je ook gewoon een keer meemaken’, zegt Michaël. ‘Ik heb een keer gehad dat een bèta-functie in Azure stuk ging tijdens m’n presentatie. Dat er echt zo’n huilend Azure-wolkje in beeld kwam… Daar leer je alleen maar van. Bijvoorbeeld dat je ook altijd een filmpje klaar moet hebben staan van hoe het werkt.’

Kennis delen, anderen vooruithelpen: voor Michaël en Maarten is het zo klaar als een klontje dat ze dit doen. Michaël: ‘Ik wil van anderen leren, maar ik wil niet alleen kennis absorberen. Ik wil ook mijn kennis delen. Als ik ergens een oplossing voor vind en daar geen blog of artikel over kan vinden, dan schrijf ik dat nu zelf.’

Allebei verzorgen ze nog altijd ISKA’s. Uiteraard om nieuwe kennis te delen met alle Info Support collega’s, maar ook omdat je dan verzekerd bent van een ‘zeer-kritisch-publiek’, zo is hun beider ervaring. Michaël: ‘Je collega’s kunnen je soms flink doorzagen, maar dankzij hun commentaar kan ik m’n presentatie beter maken. Als zij me wijzen op de zwakke plekken in m’n verhaal, betekent dat dat ik de volgende keer een betere presentatie kan geven.’

Microsoft en Java

Dat de een zich specialiseerde in Microsoft en de ander in Java is toeval. Michaël begon zijn carrière twintig jaar geleden bij een bedrijf dat zich specialiseerde in Microsoft-technologie. Bij Maarten op de Erasmus Universiteit was Java de taal waarmee werd gewerkt. ‘Ik ben begonnen als softwareontwikkelaar omdat ik dat puzzeltje met die code leuk vond. Op een gegeven moment schoof ik op naar software-architectuur, het grotere plaatje. Volgens mij lijkt ons werk nu best op elkaar: we moeten er allebei voor zorgen dat onze teams de juiste dingen doen. Dat ze zich focussen op de ‘ities’: securability, maintainability, scalability.’ ‘Ja, een developer kan iets op duizend manieren oplossen’, zegt Michaël, ‘maar wij moeten ervoor zorgen dat we het kunnen overdragen aan de klant. Dat die het over drie jaar ook nog kan onderhouden.’

Natuurlijk zijn er grote verschillen tussen de twee werelden. Daar worden ook binnen Info Support weleens wat steekjes onder water over uitgedeeld tussen de Javanen en de Microsoftspecialisten. ‘Maar dat was tien jaar geleden veel erger’, zegt Maarten. Michaël: ‘Nu worden ze gewoon allebei gezien als omgevingen waar je applicaties in kunt ontwikkelen.’ Maarten: ‘Ik heb zelfs op een Java-project voor een onderdeel weleens .NET gebruikt, dat was al bestaande C#-code die werkte. Daar bouwden we een klein .NET Core-componentje omheen en dat werkte vervolgens als een zonnetje.’ Ook andersom gebeurt het steeds vaker dat er met Java wordt gewerkt in Azure, ook bij Info Support. Michaël: ‘Wat mij betreft kunnen we als communities hier nog wel verder in gaan. Want we kunnen ook veel van elkaar leren.’

Kroon op het werk

De titels die de twee kregen, zien ze als de kroon op hun werk. Het is in hun vakgebied het hoogst haalbare. Michaël werd Microsoft MVP, daarvan zijn er wereldwijd 3.000: ‘Ik kreeg een glazen award en een oorkonde opgestuurd. En van Info Support een taart, die ik helaas niet kon delen met m’n collega’s omdat we in die tijd vanuit huis werkten.’ Maarten kreeg als kersverse Java Champion – daar zijn er wereldwijd maar 300 van – een jas en een polo. ‘Je krijgt bij ons helaas geen tombstone die je op je bureau kunt zetten en elke dag trots mag afstoffen, hahaha.’

De titels helpen de twee wel. Ze worden vaker gevraagd voor conferenties die hoog staan aangeschreven. En Michaël krijgt als MVP bijvoorbeeld regelmatig een verzoek om mee te denken over nieuwe features van Azure. ‘Laatst is er bijvoorbeeld door onze feedback een operator voor C# 11 geschrapt, terwijl die eigenlijk al af was.’ Maarten: ‘Dat zie je in de Java community ook, maar het is breder. Iederéén mag bij ons meepraten over waar het met de taal naartoe gaat. Jij ook, Michaël…’ ‘Haha, dat lijkt me heel gezellig, maar ik begrijp er niets van’, reageert Michael.

Heeft Info Support eigenlijk ook iets aan de bijzondere titels van het tweetal? Maarten: ‘Zeker, het laat zien dat onze mensen bij de wereldtop horen en dat we kennis van zaken in huis hebben.’ ‘Doordat we zichtbaar zijn als experts op conferenties en in vakbladen, worden we ook wel benaderd door potentiële klanten’, vult Michaël aan. Maarten: ‘En, ook niet onbelangrijk: dat we ruimte krijgen om onze kennis te delen, zorgt er ook voor dat we hier graag werken. Het is een fijne afwisseling op je gewone werk.’ Dat kan Michaël alleen maar bevestigen: ‘Laatst werd ik nog benaderd door een recruiter, maar ik zou echt niet weten waarom ik hier weg zou gaan!’